Inkomsten – Gedetineerden verdienen met hun arbeid minimaal € 0,95 per uur. Het geld dat ze verdienen, storten we op een rekening. Dit geld kunnen ze gebruiken om bijvoorbeeld in de gevangeniswinkel boodschappen te doen. Ze kunnen het geld ook gebruiken om een tv of een radio te huren.
Hoeveel krijgt een gevangene per dag?
Met 250 euro per dag neemt Nederland na San Marino (708 euro), Zweden (359) en Noorwegen (344) een vierde plek in in Europa. Het gemiddelde is 51 euro.
Wat krijgt een gedetineerde uitkering?
U heeft geen recht op een uitkering wanneer u in een gevangenis zit. Ook niet als u in een huis van bewaring, een penitentiaire inrichting of een tbs-kliniek zit.
Wat moet een gevangene betalen?
Gevangenen moeten 16 euro per dag betalen Gevangenen moeten 16 euro per dag gaan betalen voor hun verblijf in een inrichting. Dat staat in een wetsvoorstel van minister Opstelten en staatssecretaris Teeven van Justitie. Dat kan aardig in de papieren lopen, want elke dag in de gevangenis telt mee.
Een jaar zitten kost dus 5840 euro. Voor twee jaar cel ben je 11680 euro kwijt. Zodra de straf is opgelegd, is de dader voor zijn verblijf een eigen bijdrage verschuldigd en kan deze worden geïnd. Als de gevangene in financiële problemen terecht dreigt te komen, kan een betalingsregeling worden getroffen.
Uiteindelijk moet wel het hele bedrag worden betaald. Ook moeten veroordeelden een bijdrage gaan betalen voor het hele proces van strafvordering en voor de slachtofferzorg. Dat wordt een vast bedrag. De hoogte ervan wordt later nog door minister Opstelten vastgesteld. : Gevangenen moeten 16 euro per dag betalen
Hebben gevangenen recht op seks?
4.11 Seksualiteit bij gedetineerden In het gevangeniswezen is seks op zich niet verboden. Wel is het verboden om seksueel gedrag in een openbare ruimte te vertonen, waar anderen er aanstoot aan kunnen nemen.
Hoeveel uur is 1 dag gevangenisstraf?
Taakstraf en gevangenisstraf – Als de gestrafte zijn werkstraf niet (goed) doet, moet hij de gevangenis in. Op 2 uur niet-uitgevoerde taakstraf staat maximaal 1 dag gevangenisstraf.
Waar heeft een gevangene recht op?
Als u in de gevangenis zit, heeft u een aantal rechten. Bijvoorbeeld recht op bezoek, medische zorg en verlof. Daarnaast heeft elke gevangenis ook eigen huisregels die uw rechten en plichten aangeven.
Wat kan een gevangene kopen?
Aankomst in de inrichting 1. De inschrijving De gedetineerde wordt bij zijn aankomst ingeschreven in de gevangenis en moet alle voorwerpen afgeven die hij bij zich draagt en die niet toegelaten zijn in de gevangenis. Hij krijgt een bewijs van ontvangst.
Hij kan iemand van buiten de gevangenis vragen om deze voorwerpen te komen ophalen.2. Familie inlichten Elke gedetineerde kan bij zijn opsluiting één keer drie minuten kosteloos nationaal of internationaal bellen om zijn familie of kennissen in te lichten.3. Informatie De gedetineerde krijgt informatie over zijn rechten en plichten, over de regels die in de gevangenis gelden, over de medische, juridische, psychologische, sociale en familiale hulpverlening.
Hij komt ook te weten hoe hij een beroep kan doen op een aalmoezenier of moreel consulent. In de Belgische gevangenissen zitten heel wat buitenlandse gedetineerden die geen Nederlands of Frans begrijpen. De gevangenisdirectie tracht in dat geval beroep te doen op andere personen die wel de landstaal van de gedetineerde spreken, zoals iemand van het personeel, een aalmoezenier, een bezoeker of iemand van de ambassade.
- Gesprek met de directeur Een gedetineerde die in de gevangenis aankomt, heeft binnen de 24 uur een gesprek met de gevangenisdirecteur.
- Die licht de gedetineerde in over zijn persoonlijk dossier en overloopt met hem in grote lijnen de regels die in de gevangenis gelden.
- Daarnaast bezorgt de directeur de gedetineerde brochures en folders die hem algemene informatie over de gevangenis geven.
Gesprek met een lid van de psychosociale dienst De gedetineerde heeft binnen de 4 dagen na aankomst een gesprek met een medewerker van de psychosociale dienst. Die persoon geeft uitleg over hoe men een beroep kan doen op sociale, psychosociale, juridische en familiale bijstand.
Maaltijden Een gedetineerde krijgt drie maaltijden per dag, die samengesteld zijn volgens de normen van een evenwichtige voeding. Gedetineerden kunnen om gezondheidsredenen een speciaal dieet volgen op medisch voorschrift. Binnen de grenzen van het redelijke houdt de gevangenis ook rekening met aspecten van de geloofsovertuiging die betrekking hebben op de voeding.
Kantine De gevangenis heeft een lijst met producten die gedetineerden kunnen kopen met het geld dat zij op hun rekening hebben staan. Zo is er een kantine waar gedetineerden onder andere sigaretten, toiletartikelen, voeding, sportkledij,. kunnen kopen.
- Sommige voorwerpen kunnen ook worden gehuurd, zoals een televisietoestel, een pc enzovoort.
- Geld Kledij De gedetineerde krijgt in de gevangenis kledij ter beschikking.
- Godsdienst en levensovertuiging Iedere gedetineerde kan zijn (erkende) godsdienst beleven of zijn levensovertuiging individueel of in groep volgen.
Hij kan ook brieven schrijven aan en ontvangen van de vertegenwoordiger van zijn eredienst. Opleiding Elke gedetineerde kan in de gevangenis een opleiding volgen. Het precieze opleidingsaanbod verschilt van gevangenis tot gevangenis. Enkele voorbeelden van opleidingen in de gevangenis van Gent zijn:
algemene vormingsociale vaardigheidstraining taalcursussen computerlessen.
De opleidingen helpen de gedetineerde bij de terugkeer naar de samenleving en laten toe dat hij zijn detentietijd op een zinvolle manier doorbrengt. Werken De gedetineerde kan tijdens zijn detentie werken in de gevangenis en kiezen uit verschillende soorten van gevangenisarbeid:
huishoudelijk werkonderhoudswerk werk voor externe bedrijven, zoals dozen plooien, etiketten kleven, snoep verpakken, enz.
Dankzij gevangenisarbeid ontwikkelt de gedetineerde professionele en sociale vaardigheden en kan hij zijn detentietijd op een zinvolle manier doorbrengen. Gevangenisarbeid speelt dan ook een belangrijke rol in de voorbereiding op de terugkeer naar de samenleving.
Met de vergoeding kan hij de schadevergoeding aan zijn slachtoffers betalen, zijn gezin financieel ondersteunen of een spaarpotje aanleggen. Ook kan hij hiermee zaken aankopen uit de gevangeniskantine. Meer weten over gevangenisarbeid? Zie de aparte pagina op deze website, Ontspanning Naast werken en een opleiding volgen, kan de gedetineerde zich ook op verschillende manieren ontspannen in de gevangenis.
Hij kan dagelijks minstens een uur in de buitenlucht verblijven op de wandelkoer van de gevangenis en kan ook minstens twee uur per week aan sport doen. De gedetineerde kan ook boeken uitlenen in de gevangenisbibliotheek of op eigen kosten kranten en tijdschriften bestellen om op cel te lezen.
- Daarnaast kan hij ook deelnemen aan sociale en culturele activiteiten die vzw’s in de gevangenissen organiseren.
- Het aanbod varieert van gevangenis tot gevangenis.
- Enkele voorbeelden: schildercursus, toneelworkshop, muziekles, enz.
- Gezondheidszorg De gedetineerde geniet dezelfde gezondheidszorg als in de vrije samenleving.
De zorg is aangepast aan zijn specifieke noden en aan de gevangenisomgeving. In de gevangenis werken verpleegkundigen, dokters, psychiaters, psychologen, tandartsen en kinesitherapeuten. Medische zorgen Een team van verpleegkundigen is in de gevangenis aanwezig om medische zorgen toe te dienen.
- De gedetineerde kan ook dagelijks op bepaalde uren een bezoek brengen aan de gevangenisarts of op eigen kosten een beroep doen op een arts die hij zelf kiest.
- Ernstig zieke gedetineerden worden overgebracht naar het Genees- en Heelkundig Centrum van de gevangenis van Sint-Gillis, naar het Medisch Centrum van het penitentiair complex van Brugge of naar de polikliniek van de gevangenis van Lantin waar zij gespecialiseerde zorgen krijgen.
Indien nodig kunnen zij ook worden overgebracht naar een ziekenhuis buiten de gevangenis. Bejaarden, zwangere gedetineerden en gedetineerden met een handicap krijgen aangepaste zorgen. Psychologische en psychiatrische begeleiding Een team van psychologen en maatschappelijk assistenten begeleidt de gedetineerden op psychosociaal vlak.
- Zij verzorgen het psychosociaal onthaal van elke gedetineerde die de gevangenis binnenkomt.
- Dit team bereidt de gedetineerde voor op zijn psychosociale re-integratie en evalueert hun reclasseringsvoorstellen.
- Gedetineerden met psychische problemen krijgen in de gevangenis aangepaste begeleiding.
- Het team bestaat uit een psychiater, psycholoog, maatschappelijk assistent, ergotherapeut, psychiatrisch verpleger, bewegingstherapeut en opvoeder.
Op basis van een individueel behandelingsplan willen zij via gesprekken en activiteiten de psychische, sociale en fysieke activiteiten van de gedetineerden verbeteren en zo hun plaatsing in een psychiatrische instelling of hun re-integratie in de maatschappij vergemakkelijken.
Hoe lang mag een gevangene luchten?
Wettelijke basis De gedetineerde, ingeslotene, jeugdige en verpleegde (patiënt) hebben het recht om gedurende ten minste één uur per dag in de buitenlucht te verblijven. Dit wordt in de praktijk vaak ‘luchten’ genoemd. Het recht op luchten is voor gedetineerden en ingeslotenen vastgelegd in artikel 49, eerste lid, Penitentiaire beginselenwet (Pbw).
Voor jeugdigen is dit recht neergelegd in artikel 53, derde lid, Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen (Bjj) en voor patiënten in artikel 43, derde lid, Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt). Duur van het luchten In de wet is opgenomen dat recht bestaat op ten minste één uur verblijf in de buitenlucht.
Dit betekent dat het luchten minimaal een uur moet duren. De directeur mag dit uitbreiden naar meer uren per dag. De tijd die nodig is voor het uitsluiten en insluiten van de justitiabele mag niet worden afgetrokken van het uur. Een tekortkoming van enkele minuten, zodat het luchten bijvoorbeeld 55 minuten heeft geduurd, voldoet dus niet.
Plaats van het luchten Luchten betekent volgens de wet het verblijf in de buitenlucht. Het uitgangspunt voor zowel gedetineerden, ingeslotenen, jeugdigen en patiënten is dat er gemeenschappelijk wordt gelucht. Dit gebeurt doorgaans op een luchtplaats of buitenplaats. In sommige gevallen wordt er echter gelucht in een luchtkooi.
Dit is bijvoorbeeld het geval indien een justitiabele in een straf- of isoleercel verblijft op grond van een disciplinaire straf of ordemaatregel. Ook in die gevallen is er namelijk het recht op lucht dat de directeur niet naar eigen believen kan intrekken.
- Het in deze gevallen luchten in een luchtkooi die aan de daaraan te stellen eisen voldoet, is niet in strijd met de wet.
- Indien er te weinig personeel is waardoor de veiligheid op de reguliere luchtplaats niet gewaarborgd kan worden, mag er ook in incidentele gevallen worden gelucht in een luchtkooi.
Wel is in een zaak door de RSJ geoordeeld dat het zeven maanden lang moeten luchten in een luchtkooi vanwege opgelegde toezichtsmaatregelen en de gebouwelijke situatie van de inrichting, op gespannen voet komt te staan met het beginsel van minimale beperkingen van artikel 2, vierde lid, Pbw en het verbod op onmenselijke behandeling van artikel 3 van het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens (EVRM).
In dit geval is de directeur opgedragen om alternatieven te gaan zoeken. Daarnaast heeft de RSJ geoordeeld dat het verblijf in de buitenlucht niet per definitie recreatief hoeft te zijn. Indien een patiënt in de buitenlucht arbeid verricht op een boerderij en daarmee ten minste een uur per dag in de buitenlucht verblijft, is voldaan aan het recht op luchten.
Luchtkooi De Nederlandse wet stelt geen eisen, zoals bijvoorbeeld minimale afmetingen, aan een luchtkooi. Artikel 27.1 van de European Prison Rules (EPR) biedt wel een richtlijn. In dit artikel is vermeld dat het bij luchten moet gaan om ‘exercise in the open air’.
- Hoewel de EPR slechts een richtlijn is, heeft de RSJ dit wel in haar uitspraken meegenomen.
- Zo is geoordeeld dat onder ‘exercise in the open air’ het daadwerkelijk ervaren van de weersomstandigheden moet worden verstaan, waaronder niet alleen ‘zien’, maar met name ook ‘voelen’.
- Volgens de RSJ voldoet een luchtkooi in ieder geval aan de daaraan te stellen eisen indien de weersgesteldheid kan worden gezien, gevoeld en ervaren.
Ook dient de luchtkooi minstens een oppervlakte van 10 vierkante meter te hebben. Het verblijf in een luchtkooi met een open bovenkant kan in beginsel als verblijf in de buitenlucht worden aangemerkt. Dit geldt ook voor een verblijf in een luchtruimte met een oppervlakte van circa 40 vierkante meter, waarvan de gehele bovenkant uit een raster bestaat, maar waardoor wel contact met de open lucht wordt ervaren en zicht is op de open lucht.
- Een luchtkooi van ongeveer 10 vierkante meter, met een gesloten plafond en twee uitsparingen in de buitenwand van 80 x 135 cm waarvoor tralies was geplaatst, kon volgens de RSJ niet worden aangemerkt als verblijf in de buitenlucht.
- Zeker nu er altijd elektrisch licht brandde en alleen door de uitsparingen daglicht en buitenlucht de luchtkooi in konden komen.
Afgekeurde luchtkooi Indien de RSJ een luchtkooi afkeurt in een beroepszaak, kent de wet geen bevoegdheid aan de beroepscommissie toe om een verbod tot (toekomstig) gebruik van de luchtkooi uit te vaardigen. Dit betekent dat de betreffende inrichting de afgekeurde luchtkooi in de praktijk kan blijven gebruiken.
Wordt de luchtkooi toch gebruikt zonder dat de omstandigheden zijn gewijzigd, dan is dit gebruik dus in strijd met de wet. Het luchten in een afgekeurde luchtkooi kan namelijk niet worden aangemerkt als een verblijf in de buitenlucht. Daarom dient er een financiële tegemoetkoming te worden toegekend indien er wel wordt gelucht in een afgekeurde luchtkooi.
De omstandigheid dat de directeur of de beroepscommissie enige financiële tegemoetkoming toekent, maakt het gebruik van de luchtkooi echter niet conform de wet. Beperkingen op het recht op luchten De RSJ heeft geoordeeld dat het recht op dagelijks verblijf in de buitenlucht in beginsel als een onvervreemdbaar fundamenteel recht is.
- Beperkingen op dit recht mogen alleen in zeer uitzonderlijke gevallen.
- Ook bij zeer ernstige calamiteiten moet de directeur extra inspanningen verrichten om een passende compensatie te kunnen bieden.
- Met extra inspanningen wordt bijvoorbeeld bedoeld extra personeelsinzet, beveiliging of mechanische hulpmiddelen.
Gerechtvaardigde beperkingen De RSJ heeft geoordeeld dat de aanslag in een tram in Utrecht op het 24Oktoberplein aan te merken viel als een zodanig uitzonderlijke situatie, dat het daardoor niet kunnen luchten een gerechtvaardigde inperking was. Deze uitzonderlijke situatie raakte alle gedetineerden in de inrichting als gevolg waarvan vrijwel de helft van alle gedetineerden niet heeft kunnen luchten.
De RSJ oordeelde dat het in dat geval onredelijk zou zijn om van de directeur te verlangen dat hij een nieuw luchtmoment zou aanbieden. Ook de situatie waarin in een tbs-kliniek het pagersysteem was uitgevallen en de portofoons niet konden worden gebruikt om de haperende piepers te vervangen, werd door de RSJ gezien als een uitzonderlijke situatie.
De RSJ oordeelde dat hierdoor onvoldoende communicatiemiddelen beschikbaar waren voor het personeel om het luchten te begeleiden. Ook de omstandigheid van een opstand op de luchtplaats, waarbij ongeveer 60 gedetineerden betrokken waren en die vervolgens aanleiding gaf tot een lockdown, diende naar het oordeel van de RSJ aangemerkt te worden als uitzonderlijke situatie die een afwijking van het recht op luchten rechtvaardigde.
Daarnaast kan het gedrag van een justitiabele aanleiding zijn om het recht op luchten te mogen beperken. Dat was het geval bij een patiënt die vanaf de ochtend ernstige dreigementen uitte en zich agressief opstelde. Meerdere keren was geprobeerd om het contact met de patiënt te herstellen maar dat was niet gelukt, waardoor het niet veilig was om de patiënt te laten luchten, ook niet met meermansbegeleiding en handboeien.
In het geval waarin een jeugdige zich tijdens het luchten heeft misdragen en daardoor een ordemaatregel opgelegd heeft gekregen, oordeelde de RSJ dat de directeur de jeugdige het restant van de luchttijd niet hoefde in te laten halen. Indien een gedetineerde naar de rechtbank moet en daardoor tijdens het luchten niet aanwezig is in de inrichting, levert dit geen schending op van het recht op luchten.
Het valt de directeur namelijk niet toe te rekenen dat de gedetineerde in dat geval niet heeft kunnen luchten. In een andere zaak van een patiënt oordeel de RSJ echter dat ook in het geval van een zitting bij de RSJ de zorgplicht bij de directeur blijft bestaan om het recht op luchten te effectueren.
Het komt er dan op neer welke inspanningen de directeur (nog) heeft kunnen doen, zoals het aanbieden van een luchtmoment de volgende dag. Onterechte beperkingen Een defect alarmsysteem daarentegen was niet aan te merken als een uitzonderlijke omstandigheid.
De directeur moet in zulke gevallen extra inspanningen verrichten om een passende tegemoetkoming aan te bieden. Dit betekent dat bij een reguliere alarmsituatie in een inrichting ook inspanningen moeten worden verricht om compensatie aan te bieden. Coronavirus en beperking van het luchten Het coronavirus heeft in sommige gevallen ook geleid tot een gerechtvaardigde beperking op het recht op luchten.
Zo oordeelde de RSJ in haar uitspraak van 25 juli 2022 bij een gedetineerde die in cellulaire quarantaine was geplaatst, dat sprake was van een dusdanige uitzonderlijke situatie dat het beperken van het luchtmoment naar 30 minuten gerechtvaardigd was.
Daarbij nam de RSJ in acht dat (mogelijk) besmette gedetineerden apart van de overige gedetineerden moesten luchten en de overige detineerden in kleine groepjes moesten luchten om de contactmomenten zoveel mogelijk te beperken, dat er wegens de anderhalve meter-regel slechts beperkt luchtplaatsen beschikbaar waren en dat de directeur compensatie heeft geboden door extra verzorgingsmomenten, snacks en het vertonen van extra films.
Ook in een zaak waarin een gedetineerde tijdens een quarantainemaatregel van 4 dagen beperkt is geweest in zijn recht op luchten wegens een besmetting met corona van een personeelslid op klagers unit, oordeelde de RSJ dat sprake was van een dusdanige uitzonderlijke omstandigheid.
- In een zaak waarin een gedetineerde 14 dagen op afzondering zat in verband met het voorkomen van besmettingsgevaar met het coronavirus en gedurende deze ordemaatregel niet heeft kunnen luchten, oordeelde de RSJ echter dat de directeur geen inspanningen heeft verricht voor passende compensatie.
- In de wet staat dat de directeur de gedetineerde ‘in de gelegenheid stelt’ om te luchten.
Dit betekent niet dat een gedetineerde zelf moet verzoeken om te luchten. De directeur dient hiertoe in beginsel het initiatief te nemen en de gedetineerde te vragen of hij wil luchten. In een zaak waarin een patiënt een spreekverbod opgelegd kreeg tijdens het luchten, oordeelde de RSJ dat het recht op luchten ook het recht inhoudt om te kunnen spreken met medepatiënten en dat in dit geval geen noodzaak bestond om dit recht te beperken.
- Tegemoetkoming Wanneer een gedetineerde niet heeft kunnen luchten, dient de directeur extra inspanningen te verrichten om een passende tegemoetkoming aan te bieden.
- Het aanbieden van luchten tijdens een recreatiemoment zodat dit ten koste daarvan gaat, valt niet aan te merken als een passende tegemoetkoming.
Hetzelfde geldt voor het aanbieden van een recreatiemoment waaraan de gedetineerde sowieso al zou deelnemen. De tegemoetkoming dient in beginsel een daadwerkelijk uur verblijf in de buitenlucht te zijn of een andere passende tegemoetkoming die niet ten koste gaat van waar een justitiabele al recht op heeft.
- De voorkeur is om te compenseren in natura, wanneer dit niet mogelijk is kan een geldelijke tegemoetkoming worden toegekend.
- Een geldelijke tegemoetkoming voor één gemist luchtmoment is met ingang van de nieuwe standaardbedragen tegemoetkomingen van de RSJ per 1 augustus 2021 €12,50.
- Afwijking daarvan is mogelijk als daartoe aanleiding is, zie voor meer informatie het dossier Tegemoetkoming,
RSJ 10 september 2003, 03/1204/GA RSJ 5 november 2014, 14/4066/SGA RSJ 23 februari 2018, 17/2611/JA RSJ 7 december 2015, 15/2880/GA RSJ 12 januari 2015, 14/3467/TA en 14/3910/TA RSJ 7 februari 2017, 16/3079/TA RSJ 1 augustus 2014, 14/0944/TA RSJ 26 maart 2010, 10/0020/TA RSJ 2 februari 2012, 11/1836/TA RSJ 6 juni 2007, 06/3258/GA RSJ 4 februari 2013, 12/3185/GA RSJ 12 december 2011, 11/2352/GA en RSJ 21 november 2011, 11/1440/GA Bijvoorbeeld RSJ 15 juli 2020, R-19/4066/GA RSJ 7 november 2012, 12/1753/TA en 12/1762/TA RSJ 18 september 2019, R-19/3658/GA RSJ 7 november 2012, 12/1753/TA en 12/1762/TA RSJ 21 september 2020, R-20/5697/GA RSJ 12 oktober 2017, 17/1633/TA RSJ 5 augustus 2003, 03/0859/JA RSJ 8 januari 2016, 15/2966/GA RSJ 23 december 2015, 15/2433/TA en 15/2523/TA RSJ 15 juli 2020, R-19/4066/GA en RSJ 20 oktober 2020, R-19/4316/GA RSJ 25 juli 2022, 21/21622/GA RSJ 31 augustus 2021, 21/21481/TA RSJ 8 juli 2021, R-20/7688/GA Artikel 49, derde lid, Pbw RSJ 16 januari 2020, R-19/4499/GA RSJ 7 februari 2018, 17/3117/TA RSJ 15 juli 2020, R-19/4066/GA en RSJ 20 oktober 2020, R-19/4316/GA RSJ Standaardbedragen Tegemoetkomingen
Wat doet een gevangene de hele dag?
wat doen gevangen zoal heel de dag als ze in de gevangenis zitten? “Tijdens het verblijf in een Huis van Bewaring of Gevangenis nemen gedetineerden deel aan een dagprogramma. Het dagprogramma heeft meerdere varianten. Iedere gedetineerde volgt het Basisprogramma: een aantal activiteiten waar de gedetineerde recht op heeft volgens de Penitentiaire Beginselenwet.
- Hieronder vallen recreatie, luchten, bezoek, sport, arbeid, onderwijs, gebruik van bibliotheek en het recht op geestelijke en medische verzorging.
- De tijden buiten het dagprogramma brengt een gedetineerde door op cel.
- Een gemotiveerde gevangene kan bij goed gedrag het Plusprogramma verdienen waarin hij werkt aan zijn terugkeer in de maatschappij.
Bijvoorbeeld door het volgen van onderwijs.Werken tijdens detentieArbeid is het belangrijkste onderdeel van het dagprogramma – gemiddeld werken gedetineerden zo’n twintig uur per week. We streven ernaar om arbeid in de PI’s kostenefficiënt en bedrijfsmatig te organiseren, met respect en aandacht voor medewerkers en gedetineerden.Alle gedetineerden komen in principe in aanmerking voor arbeid, zowel in een Huis van Bewaring als in de Gevangenis.
- Uiteraard kijken we daarbij scherp naar hun achtergrond, het gepleegde delict en betrouwbaarheid.
- De gedetineerden voeren uiteenlopende werkzaamheden uit, van lopendebandwerk tot vakarbeid.
- Dit doen ze bijvoorbeeld in werkplaatsen voor hout- en metaalbewerking en voor recyclewerkzaamheden, maar ook in naaiateliers, callcenters, groentekwekerijen en betonfabrieken.
Veel inrichtingen hebben een eigen, gespecialiseerd productiebedrijf. Informatie hierover is te vinden op de website van In-Made, het productiebedrijf van DJI.Deelnemen aan het werkproces tijdens detentie geeft structuur in het dagritme waardoor dit concreet bijdraagt aan een succesvolle re-integratie in de maatschappij na de detentieperiode.
- Daarnaast biedt arbeid gedetineerden de mogelijkheid om geld te verdienen, werkervaring op te doen en eventueel vakdiploma’s te behalen.
- De opleidingen worden zo veel mogelijk gegeven in samenwerking met regionale opleidingscentra (ROC’s).
- Ook zoeken we aansluiting bij het UWV en brancheorganisaties.”Toegevoegd na 3 uur: Kijk eens op de site van “In-Made” (toepasselijke naam, met aardige woordapeling), de tweede bron.
Dan kun je zien wat voor producten het bedrijfsleven door gevangenen kan laten maken. NIETS heel makkelijk ze door niets niet om dat ze niet willen maar om dat ze er niets kunnen of mogen doen. ik heb 14 jaar vast gezeten en het is van een redelijk leven kunnen hebben binnen de muur naar een zwaar een heel moeilijk leven hebben als je vast komt te zitten ik haat mensen die altijd zeggen ooo zijn net hotel,s nou echt niet !!De eerste keer dat ik vast kwam te zitten was het echt niet slecht zitten het eten was redelijk tot goed nu heeft geen enkele bajes nog een keuken om zelf het eten te maken nee nu komen op maandag de diepvries bakken met eten aan bij de bajes keuken alles is voor verpakt geen smaak en net te veel om honger te lijden het voer dan maandag binnen komt word pas op woensdag uit de koelcel gehaald en ik karren gedaan die die troep in 45 minuten opwarmen en dan worden ze rond gebracht door de reiniger het is ECHT HEEL VIES.
Hoelang mag je in isoleercel?
Isoleercel in gevangenis krijgt radio, tv en spelletjes: “Dragelijker in je eentje” 20 april 2022, 19:00 • 2 minuten leestijd De zes isoleercellen van de Leeuwarder gevangenis zijn aangepast en daarmee vriendelijker geworden voor de gedetineerde. Twee cellen hebben zelfs een touchscreen gekregen.
- De nieuwe isoleercel in de PI Leeuwarden: “Voorheen was er sprake van een kale cel.
- Nu kan de gedetineerde via touchscreen tv kijken, radio luisteren en een spelletje spelen.
- En hij kan nu ook de lichtsterkte in de cel regelen.
- En dat allemaal om het verblijf in de isoleercel draaglijker te maken”, zegt directeur Gino Tibboel van de PI Leeuwarden.
Op dit moment zitten 260 mannen gevangen in de PI Leeuwarden. De meesten zullen de isoleercel nooit van binnen zien, behalve als het misgaat. “We plaatsen gedetineerden alleen in deze isoleercel wanneer ze in de war zijn en tegen zichzelf in bescherming moeten worden genomen omdat ze bijvoorbeeld suïcidale gedachten hebben.” “Daarnaast is het een strafcel voor een gedetineerde wanneer die bijvoorbeeld een medewerker heeft geslagen”, zegt Tibboel. De nieuwe isoleercel © PI Leeuwarden Gerda Veldman is hoofd van de zorg in de PI Leeuwarden. Ze is blij met de veranderingen in de isoleercel. “Voorheen was iemand helemaal alleen met zijn gedachten, opgesloten in zichzelf. Alles werd heel groot in zijn hoofd en dat is niet goed.
Hoe komt een gedetineerde aan geld?
Geld storten bij de bank – Bij het storten van geld via een geldautomaat bij de bank, dient u het registratienummer van de gedetineerde in te geven bij de omschrijving. Is er geen mogelijkheid tot het geven van een omschrijving, dan ontvangt DJI graag een kopie van de bon die wordt uitgegeven na storting.
Hierop vermeldt u het registratienummer en naam van de gedetineerde. Deze bon kunt u sturen: 1. In een e-mailbericht naar: [email protected] of 2. Per post naar: Shared Service Center DJI T.a.v. de Financiële Administratie, Rekening Courant Postbus 90829 2509 LV Den Haag Let op: Bij deze manier van storten duurt het langer voordat het geld op de rekening staat.
Het is niet mogelijk om via het bezoek contact geld te storten bij de inrichting.
Kan een gevangene Anoniem bellen?
Gedetineerden kunnen straks zelf beslissen wanneer ze iemand opbellen Elke gevangeniscel in ons land wordt straks met een telefoontoestel uitgerust. Gevangenen zullen zelf kunnen beslissen wanneer ze bellen. Het moet de werkdruk verminderen én de veiligheid verhogen.
- Al zullen sommige gedetineerde enkel met hun advocaat mogen bellen”, zegt het Gevangeniswezen.
- Cel Donderdag 13 juli 2017 om 03:00 De telefoonkabels worden nu geïnstalleerd.
- En afgelopen dinsdag liep de periode af waarbinnen telecombedrijven konden meedingen naar de aanbesteding om het telefonienetwerk uit te baten.
Vanaf november zou het netwerk stapsgewijs uitgebouwd kunnen worden in alle Belgische gevangenissen. “De uitrol zal over meerdere maanden gebeuren”, zegt Kathleen Van de Vijver, woordvoerster van het Gevangeniswezen. Concreet krijgt elke gedetineerde zijn eigen telefoontoestel.
- Telefonie op de cel moet de veiligheid in de gevangenis verhogen”, zegt Van de Vijver.
- Enerzijds moet er geen personeel meer ingezet worden om een gevangene door de gevangenis te begeleiden naar de telefooncellen.
- Anderzijds kan de gedetineerde zelf beslissen wanneer hij belt”, zegt Van de Vijver.
- Iemand die altijd om 16.10 uur naar huis wil bellen, als de kinderen van school komen, raakt gefrustreerd als dat niet kan.
Met een eigen toestel valt dat probleem weg.” Niet naar de koning Gedetineerden in de gevangenissen van Beveren en Leuze beschikken in hun cel nu al over een computer waarmee ze hun strafdossier kunnen inzien, tv kunnen kijken én beperkt kunnen bellen.
- De beperkingen zullen dezelfde zijn”, zegt het Gevangeniswezen.
- Gedetineerden kunnen niet opgebeld worden.
- Er zal ook een blacklist zijn met verboden nummers.
- De politiediensten bijvoorbeeld, of de nummers van het koninklijk paleis of politici.
- Sommigen zullen enkel met hun advocaat kunnen bellen.
- Als een contactverbod werd uitgesproken, wordt dat nummer geblokkeerd.” Met wie iemand belt, wordt geregistreerd.
Bestaat er controle op die gesprekken? “Enkel een onderzoeksrechter kan gesprekken laten afluisteren of nagaan met wie iemand belde.” Goedkoper België werd in het verleden al op de vingers getikt omdat telefoneren voor gedetineerden te duur was. Uit een parlementaire vraag uit 2015 blijkt dat bellen naar een gsm in de piekuren tot 0,23 euro per 18 seconden kon kosten.
Hoe vaak mogen gevangenen douchen?
Algemeen Persoonlijke verzorging wordt in de Beginselenwetten ook wel omschreven als materiële verzorging. Materiële verzorging heeft betrekking op alle ingesloten: justitiabelen, tbs-gestelden, jeugdigen en vreemdelingen. Wanneer er verschil in regelgeving is ten aanzien van een bepaalde sector, zal die hieronder apart worden benoemd.
- In artikel 44 van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw), artikel 49 van de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen (Bjj) en artikel 42 Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) over persoonlijke verzorging zijn drie zorgplichten voor de directeur vastgelegd: 1.
- De zorgplicht voor verstrekking van voeding, noodzakelijke kleding en schoeisel of geldmiddelen daartoe; 2.
de zorgplicht om de voeding zoveel mogelijk aan te laten sluiten bij de godsdienst of levensovertuiging van de justitiabele; 3. de zorgplicht voor het naar behoren kunnen verzorgen van het uiterlijk en de lichamelijke hygiëne. De artikelen komen overeen qua opbouw.
Het tweede lid van de betreffende artikelen geeft de ingeslotene het recht op het dragen van eigen kleding en schoeisel, tenzij deze een gevaar kunnen opleveren voor de orde of veiligheid van de inrichting. Het vijfde lid beschrijft dat in de huisregels regels worden gesteld omtrent de aankoop door justitiabelen van gebruiksartikelen die niet door de directeur beschikbaar worden gesteld.
Hieronder zullen de zorgplichten die uit de artikelen voortvloeien apart besproken worden en tot slot de aankoop van gebruiksartikelen. Voor bespreking van de onder nr.2 genoemde zorgplicht wordt verwezen naar het dossier ‘geestelijke verzorging ‘. Het is van belang om te weten dat wanneer de zorgplicht niet wordt nageleefd, hiertegen geen beklag kan worden ingediend door verpleegden, nu de beklagmogelijkheden in de Bvt beperkter zijn dan in de Pbw en Bjj.
- De volwassen en jeugdige justitiabele en de vreemdeling kunnen wel beklag indienen over de wijze waarop de zorgplicht in een individueel geval wordt toegepast.
- Artikel 59a Pbw geeft daarnaast de mogelijkheid om een verzoek tot formele bemiddeling te doen.
- Voeding De algemene zorgplicht van de directeur houdt onder andere in dat de directeur er zorg voor draagt dat aan de ingeslotene voeding wordt verstrekt.
Kwaliteit en hoeveelheid voeding In de Nederlandse wet- en regelgeving zijn geen regels te vinden over de kwaliteit en hoeveelheid van het eten. Hier kan de commissie van toezicht een belangrijke rol spelen, door bijvoorbeeld een keer mee te eten in de inrichting om zo te peilen hoe de kwaliteit van het eten is.
Ook het aantal klachten over het eten kan een indicatie zijn voor de kwaliteit ervan. In de Europese gevangenisregels van de Raad van Europa is wel een bepaling over voeding opgenomen, namelijk regel 22. Deze regel schrijft voor dat de ingeslotenen drie maal per dag met redelijke intervallen een maaltijd ontvangen, dat het voedsel hygiënisch moet zijn bereid en opgediend en dat het voedsel voedzaam is.
Hierbij moet rekening gehouden worden met de leeftijd, de gezondheid, de lichamelijke toestand, het geloof, de cultuur en de aard van het werk van de justitiabele in de inrichting. Daarbij moeten in de nationale wetgeving de voorwaarden voor een voedzame maaltijd van een minimale kwaliteit worden voorgeschreven, inclusief de minimale voedingswaarde ervan en de hoeveelheid eiwitten die in de maaltijd zit.
Ook dienen ingeslotenen op ieder moment van de dag toegang te hebben tot schoon drinkwater. Dieetvoeding Overeenkomstig regel 22.6 van de Europese Gevangenisregels is het voor de medische dienst mogelijk om bepaalde ingeslotenen op medische gronden dieetvoeding voor te schrijven. De overige ingeslotenen kunnen echter geen aanspraak maken op deze, vaak duurdere, dieetvoeding.
Kleding en schoeisel Verder houdt de algemene zorgplicht van de directeur onder andere in dat aan de ingeslotene de noodzakelijke kleding en schoeisel worden verstrekt. Wanneer een ingeslotene zelf niet over voldoende kleding beschikt (die aan de in redelijkheid daaraan te stellen eisen voldoet), dan wordt deze kleding van rijkswege verstrekt.
- In het tweede lid van eerder genoemde artikelen is het recht op het dragen van eigen kleding en schoeisel vastgelegd, tenzij die een gevaar kunnen opleveren voor de orde of veiligheid van de inrichting.
- Vroeger waren de gevangenen verplicht uniforme inrichtingskleding te dragen.
- Het dragen van de inrichtingskleding hoorde bij de straf en de gevangenen waren duidelijk herkenbaar met het oog op de veiligheid.
Uniforme inrichtingskleding werd door de justitiabelen als stigmatiserend ervaren en gezien als inbreuk op hun eigen identiteit. Tegenwoordig heeft de ingeslotene dan ook het recht om zijn eigen kleding en schoeisel te dragen, tenzij die een gevaar opleveren voor de orde of de veiligheid in de inrichting.
- De Memorie van toelichting vermeldt dat daarbij bijvoorbeeld valt te denken aan schoeisel dat, wanneer daarmee wordt geschopt, ernstige verwondingen kan veroorzaken.
- Artikel 4.4 van de Regeling Model huisregels penitentiaire inrichtingen en artikel 6.2 van de Regeling model huisregels justitiële jeugdinrichtingen bepalen dat het recht op het dragen van eigen kleding vervalt wanneer deze kleding niet voldoet aan de in redelijkheid te stellen eisen.
Daarnaast geldt het recht op het dragen van eigen kleding niet binnen het Justitieel Centrum voor Somatische Zorg. Arbeid, sport en wassen Tijdens de arbeid of sport kan een ingeslotene verplicht worden aangepaste kleding of schoeisel te dragen. De eigen kleding wordt in de inrichting gewassen.
Het wassen van de kleding vindt plaats op eigen risico en voor eigen kosten van de justitiabele. De directeur mag een algemene periodieke geldelijke heffing op de rekening-courant van de justitiabele in mindering brengen, omdat de omvang en frequentie van de was per justitiabele zeer kunnen verschillen.
Verder kunnen er in de huisregels regels worden gesteld omtrent het gebruik en onderhoud van de kleding (bijvoorbeeld het wassen) en schoeisel (dit laatste is overigens niet opgenomen in de Bvt). In sommige inrichtingen kunnen de justitiabelen tegen betaling zelf hun was doen door middel van de wasmachines op de afdeling.
In de Regeling model huisregels justitiële jeugdinrichtingen zijn de jeugdinrichtingen vrij gelaten om in de huisregels te bepalen welke regels er gelden voor het gebruik van onderhoud en schoeisel en hoeveel de jeugdige op zijn eigen kamer mag bewaren. Bij de verpleegden wordt er in de huisregels slechts iets aangegeven over de mogelijke verplichting tijdens het verrichten van werkzaamheden of sport aangepaste kleding of schoeisel te dragen.
Uiterlijke en lichamelijke hygiëne In het vierde lid van de artikelen genoemd onder ‘algemeen’, is de zorgplicht voor de directeur neergelegd om de ingeslotene onder andere in staat te stellen zijn uiterlijke en lichamelijke hygiëne naar behoren te verzorgen.
Deze zorgplicht houdt bijvoorbeeld onder meer in dat de directeur gratis waspoeder aan ingeslotenen ter beschikking moet stellen. De Memorie van toelichting geeft aan dat de woorden ‘naar behoren’ erop duiden dat er redelijke grenzen zijn voor wat betreft de invulling van de zorgplicht. Het is niet de bedoeling dat ingeslotenen dagelijks in de gelegenheid worden gesteld om uren aan de verzorging van het uiterlijk of de lichamelijke hygiëne te besteden.
In artikel 4.4 van de Regeling Model huisregels penitentiaire inrichtingen is bepaald dat een justitiabele minimaal twee keer per week mag douchen. Daarnaast wordt bepaald dat door de inrichting – indien gewenst – in elk geval worden verstrekt: shampoo, zeep, tandpasta, tandenborstel, kam, toiletpapier, scheergerei voor de mannelijke justitiabelen en maandverband voor de vrouwelijke justitiabelen.
- Verder kan de justitiabele een aanvraag indienen om de aan de inrichting verbonden kapper te bezoeken.
- Dit wordt éénmaal per 6 weken van rijkswege bekostigd.
- In artikel 6.3 van de Regeling model huisregels justitiële jeugdinrichtingen staat dat de huisregels bepalen wanneer de jeugdige mag douchen en hoe vaak hij naar de kapper mag gaan en welke regels gelden voor de kosten van de kapper.
In het Model huisregels justitiële Tbs-inrichtingen zijn geen nadere regels gesteld over het uiterlijk en de lichamelijke hygiëne. Aankoop gebruiksartikelen In lid 5 van de artikelen genoemd onder ‘algemeen’ is bepaald dat in de huisregels regels worden gesteld omtrent de aankoop door de ingeslotenen gebruiksartikelen die niet door de directeur ter beschikking worden gesteld.
Volwassen justitiabelen en vreemdelingen Op grond artikel 3.7 van de Regeling Model huisregels penitentiaire inrichtingen hebben justitiabelen, binnen door de directeur te stellen grenzen, recht op aankoop van artikelen die niet in het assortiment van de inrichting te verkrijgen zijn. Hierbij kan worden gedacht aan extra broodbeleg, roomboter en telefoonkaarten, waarbij het maximale aankoopbedrag € 100,- per week is.
Het exacte bedrag is afhankelijk van de hoogte van het arbeidsloon of de loon vervangende financiële tegemoetkoming per week. Daarnaast is uiteraard de voorwaarde dat er voldoende saldo op de rekening-courant staat. In sommige inrichtingen kunnen de justitiabelen zelf een bezoek brengen aan de winkel en in andere inrichtingen kunnen de justitiabelen wekelijks bestelformulieren invullen en worden de boodschappen in de cel bezorgd.
Artikelen die niet in de inrichtingswinkel te verkrijgen zijn, kunnen met toestemming van de directeur via de ‘buitenwinkel’ worden besteld. De inrichtingenwinkels van penitentiaire inrichtingen (PI’s) zijn per 1 juli 2017 zijn opgeheven. Gedetineerden kunnen nu hun boodschappen bestellen bij een aantal landelijke winkels.
Deze winkels dragen zorg voor de verkoop van etenswaren en voor het vervoer ervan naar de PI’s. De winkelregeling verloopt niet altijd soepel en leidt met enige regelmaat tot frustratie bij zowel gedetineerden als het inrichtingspersoneel. Uit vaste jurisprudentie van de RSJ volgt dat, ondanks het afschaffen van de inrichtingswinkels, de zorgplicht nog op de directeur rust.
Over het niet goed uitvoeren van leveringen vanuit de landelijke winkel kan daarom geklaagd worden bij de beklagcommissie. Hoewel de landelijke winkel ook een eigen klachtenprocedure heeft, ontslaat dit de directeur niet van diens zorgplicht. Die klachtenprocedure is namelijk niet met waarborgen omkleed.
Jeugdigen In artikel 5.5 van de Regeling model huisregels justitiële jeugdinrichtingen is bepaald dat jeugdigen eenmaal per week in de winkel van de inrichting of via een winkelbestellijst van hun eigen geld dingen kunnen kopen, zoals snoepgoed, frisdrank, lectuur, postzegels, sigaretten of toiletartikelen.
Uiteraard kunnen alleen dingen gekocht worden die in de inrichting zijn toegestaan en waar ook toestemming voor is gegeven. Verpleegden In het Model huisregels justitiële Tbs-inrichtingen zijn geen bepalingen opgenomen omtrent de aankopen in de inrichtingswinkel en het maximaal te besteden bedrag. Om erachter te komen welke regels gelden, zal dus per inrichting in de lokale huisregels gekeken moeten worden.
Recreatief In maart 2019 hebben justitiabelen in Almelo hun eigen kledinglijn uitgebracht met handboeienlogo. De opbrengst van de kledingstukken van het merk ‘JailFashion’ gingen naar KWF Kankerbestrijding. Tien justitiabelen werkten dagelijks aan het maken van shirts, die online gekocht konden worden.
- Op die manier konden de justitiabelen ook worden gecertificeerd als textieldrukker.
- Het eerste lid van artikel 44 Pbw, artikel 49 Bjj en artikel 42 Bvt.
- Hoofdstuk 6.5.1, p.243, 244 van ‘Nederlands detentierecht’, Prof. mr.C.
- Elk en prof. dr.M.
- Boone, Deventer 2015. Zie bijv.
- RSJ 26 mei 2017, 17/0561/GA,
Het tweede lid van artikel 44 Pbw, artikel 49 Bjj en artikel 42 Bvt. Hoofdstuk 6.5.3, p.245, 246 van ‘Nederlands detentierecht’, Prof. mr.C. Kelk en prof. dr.M. Boone, Deventer 2015. Het tweede lid van artikel 44 Pbw, artikel 49 Bjj en artikel 42 Bvt. Artikel 4.4.
van de Regeling Model huisregels penitentiaire inrichtingen. Zie bijv. RSJ 29 januari 2018, RSJ 17/1912/GA, Artikel 6.2 van de Regeling model huisregels justitiële jeugdinrichtingen. Artikel 8.4 van het Model huisregels justitiële Tbs-inrichtingen. Het vierde lid van artikel 44 Pbw, artikel 49 Bjj en artikel 42 Bvt.
BC 23 april 2001, 01/505/GA, Sa 2001, nr.37. Kamerstukken 24263 nr.3 (Memorie van Toelichting). Zie bijv. RSJ 22 december 2014, 14/3099/GA, Het vijfde lid van artikel 44 Pbw, artikel 49 Bjj en artikel 42 Bvt. Hoofdstuk 6.5.2, p.244, 245 van ‘Nederlands detentierecht’, Prof.
Kunnen gevangenen op internet?
Internetgebruik Binnen penitentiaire inrichtingen wordt (net als daar buiten) steeds meer gebruik gemaakt van internet. Gedetineerden wordt steeds vaker de mogelijkheid geboden om contact te hebben met hun naasten via videobellen zoals Skype, Facetime, etc.
- In de Penitentiaire Beginselenwet (hierna: Pbw) is internetgebruik niet geregeld.
- Hierdoor bestaat er geen algemeen recht op het gebruik van internet.
- Met name in het kader van re- integratie of onderwijs wordt het gebruik van internet toegestaan.
- In steeds meer inrichtingen is het voor gedetineerden mogelijk om te e-mailen met de buitenwereld.
Op de website ” emates.nl ” staat de werkwijze beschreven voor het sturen van een mail naar een gedetineerde. Dit is een ontwikkeling die in de praktijk al speelt maar waar de wettelijke basis nog voor ontbreekt. European Prison Rules In artikel 24.1 van de European Prison Rules is het volgende bepaald: ‘prisoners shall be allowed to communicate as often as possible by letter, telephone or other forms of communication with their families, other persons and representatives of outside organisations and to receive visits from these.’ De in de Europese gevangenisregels genoemde rechten en plichten zijn niet zonder meer afdwingbaar.
- Ze worden gerekend tot de categorie ‘soft law’.
- De rechtskracht ervan wordt per geval bepaald door de nationale of internationale rechter,
- De toelichting op artikel 24 van de European Prison Rules luidt als volgt: ‘Loss of liberty should not entail loss of contact with the outside world.
- On the contrary, all prisoners are entitled to contact and prison authorities should strive to create the circumstances to allow them to maintain it as best as possible.
Traditionally such contact has been by way of letters, telephone calls and visits, but prison authorities should be alert to the fact that modern technology offers new ways of communication electronically’, De beroepscommissie van de RSJ leest in de toelichting op artikel 24 van de European Prison Rules (slechts) een inspanningsplicht voor de penitentiaire overheid om alert te zijn op technologische ontwikkelingen die elektronische communicatie mogelijk maken ( Sancties aflevering 1, 13 maart 2013 ).
- EHRM Het EHRM heeft in februari 2021 een interessant arrest ( Ramazan Demir/Turkije ) geveld in het kader van het recht op toegang tot internet voor gedetineerden.
- In casu weigerden de autoriteiten de aanvraag van een gedetineerde (een advocaat) om toegang te krijgen tot juridische websites (waaronder deze van het EHRM zelf).
Volgens het Hof werd geen gedetailleerde analyse verricht van de veiligheidsrisico’s die uit deze toegang zouden kunnen voortvloeien, temeer nu het websites van overheidsinstanties en van een internationale organisatie betrof, en de gedetineerde zich slechts onder toezicht van de autoriteiten en onder de door hen vastgestelde voorwaarden toegang tot deze websites had kunnen verschaffen.
- Er werd besloten tot een schending van art.10 EVRM.
- Webcam en Skype In de uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ met kenmerk 06/0698/GA werd het beroep beoordeeld van een gedetineerde van Israëlisch komaf, waarvan het webcam contact met zijn drieënhalf jarig zoontje was geweigerd.
- De beklagrechter had het beklag gegrond verklaard.
De directeur stelde op advies van het Ministerie beroep in. De beroepscommissie heeft in deze zaak eerst vastgesteld dat de Pbw niet de mogelijkheid kent om via het internet contact met de buitenwereld te onderhouden. De commissie vond echter dat het volledig uitsluiten van het gebruik van de webcam te ver ging.
In dit soort gevallen oordeelde de beroepscommissie dat de directie een individuele belangenafweging moet maken waarbij naast feitelijke mogelijkheden een aantal factoren een rol spelen. De volgende factoren behoorden daartoe: het gegeven dat de gedetineerde de webcam zelf wilde financieren en invoeren; de omstandigheid dat het om een jong kind ging; alsmede de duur van de gevangenisstraf.
Dit alles maakte de praktische bezwaren van de directeur niet onoverkomelijk. De PI beschikte over een internetverbinding. Het beroep van de directeur werd ongegrond verklaard. Deze uitspraak had in zoverre gevolgen dat verschillende gedetineerden om overplaatsing gingen verzoeken naar inrichtingen waar de mogelijkheid bestond om per webcam met familie in het buitenland te communiceren.
De individuele belangenafweging blijkt echter in de praktijk opmerkelijk vaak in het nadeel van de gedetineerde uit te vallen. Dit bijvoorbeeld vanwege onaanvaardbare veiligheidsrisico’s of omdat het ontbreken van webcamfaciliteiten voldoende zwaarwegend is. Tevens komt het voor dat gedetineerden protesteren in het geval ze worden weggeplaatst van een inrichting waarin met de webcam familiecontacten mogen worden onderhouden en dat dit in de ontvangende inrichting niet mogelijk is.
In de uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ met kenmerk 17/1326/GA wilde klager gebruik maken van Skype om op die manier contact te kunnen hebben met zijn in Nigeria woonachtige zoon. Klager voerde onder meer aan dat hij een lange gevangenisstraf uitzit en dat zijn familie in Nigeria hem niet kan bezoeken.
De directeur heeft in beroep aangegeven dat Skypen beveiligingstechnisch nog niet mogelijk is in de inrichting. De directeur heeft verder aangegeven dat er aan wordt gewerkt om Skype mogelijk te maken, maar dat er nog geen toestemming vanuit het hoofdkantoor is gegeven en dat een ministeriële regeling nodig is.
De beroepscommissie oordeelde als volgt: “Nu is voldaan aan artikel 39, eerste lid, van de Pbw en de pilot voor contact via skype nog niet is geëvalueerd en dus (nog) niet is uitgebreid naar de inrichting waar klager verblijft, is de beroepscommissie van oordeel dat de beslissing tot afwijzing van klagers verzoek om met zijn zoon contact te onderhouden via Skype (thans) niet als onredelijk of onbillijk kan worden aangemerkt”.
- Het beroep van klager werd ongegrond verklaard.
- Gebruik van internet in het re-integratiecentrum Een goede aansluiting van maatschappelijke voorzieningen na detentie is een belangrijke voorwaarde voor het slagen van de re-integratie van ex-gedetineerden.
- Om gedetineerden hierbij te faciliteren kunnen zij terecht in het re-integratiecentrum.
Een re-integratiecentrum is een ruimte in de PI waar gedetineerden met een hulpvraag terecht kunnen. Zij kunnen zich in het re-integratiecentrum voorbereiden op hun terugkeer in de samenleving en hebben hierbij toegang tot computers met internetverbinding.
Deze computers zijn voorzien van een ‘zogenaamde’ white-list, met goedgekeurde websites. Meer informatie over het re-integratiecentrum is te vinden in het dossier re-integratiecentra op het Kenniscentrum. In een uitspraak van 11 juni 2015 met kenmerk 15/0787/GA oordeelde de RSJ met betrekking tot de white-list als volgt: ” De beroepscommissie heeft eerder geoordeeld dat een gedetineerde in bepaalde gevallen gebruik moet kunnen maken van een computer ter voorbereiding van de tegen hem lopende strafzaak.
Klager heeft aangevoerd dat hij ter voorbereiding van zijn complexe zaak gebruik wil maken van een computer met internettoegang ten behoeve van het raadplegen van jurisprudentie, nu in de bibliotheek van de inrichting geen jurisprudentie beschikbaar is.
De beroepscommissie stelt vast dat klager er belang bij heeft zijn zaak te kunnen voorbereiden. De beroepscommissie is van oordeel dat de directeur nader onderzoek had moeten verrichten naar de mogelijkheden om bepaalde websites, die klager voor zijn jurisprudentie onderzoek zou willen raadplegen op de white list te plaatsen, zoals bijvoorbeeld www.rechtspraak.nl.
De beroepscommissie neemt hierbij in aanmerking dat klager in zijn beroepschrift heeft gesteld dat er bij het onderwijs en het Re-integratie centrum voldoende computers en personeel beschikbaar zijn en dat er voldoende toezicht is. Dit is door de directeur niet weersproken.
- Het beroep zal derhalve gegrond worden verklaard.
- De uitspraak van de beklagrechter zal worden vernietigd en het beklag zal alsnog gegrond worden verklaard.
- De beroepscommissie acht termen aanwezig om aan klager een tegemoetkoming toe te kennen.” Internetmogelijkheden met het oog op onderwijs In artikel 48, eerste lid, van de Pbw is bepaald dat een gedetineerde het recht heeft op het volgen van onderwijs en het deelnemen aan andere educatieve activiteiten voor zover deze zich verdragen met de aard en de duur van de detentie en de persoon van de gedetineerde.
Deze bepaling impliceert dat de directeur gehouden is tot het maken van een individuele belangenafweging. De beroepscommissie van de RSJ oordeelde op 16 juni 2014 met kenmerk 14/0158/GA dat de beslissing van de directeur omtrent onderwijsmogelijkheden blijk moet geven van een individuele op de persoon van klager betrokken belangenafweging.
- Nu de RSJ oordeelde dat hieraan niet was voldaan, werd de klacht van klager gegrond verklaard en werd de directeur opgedragen een nieuwe beslissing te nemen.
- Ook werd door de RSJ een kader geschetst dat de directeur bij zijn nieuwe beslissing kan volgen.
- Hierbij werd onder andere erkend dat de mogelijkheid tot het verstrekken van een laptop al dan niet met beperkte (white-list) internettoegang voor gebruik in de eigen verblijfsruimte steeds meer wordt beproefd.
In het verband van die mogelijkheden moet bezien worden of klager ook afgezien van studiedoeleinden kan worden toegestaan te beschikken over een of meer van de door hem verzochte faciliteiten. Zelfbedieningsportaal justitiabelen In 2013 lanceerde de toenmalige staatssecretaris van Veiligheid en Justitie (Teeven) het “Masterplan Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) 2013-2018”,
In het masterplan staat vermeld dat er zal worden geïnvesteerd in ICT op cel, zodat in de cel een zinvolle dagbesteding mogelijk wordt, door middels van e-learning, e-health, en het regelen van activiteiten op het gebied van de re-integratie en nazorg. Benadrukt is dat het gebruik van ICT alleen zal plaatsvinden in het kader van resocialisatie en binnen een beveiligde omgeving.
In datzelfde jaar is politiek en bestuurlijk de keuze gemaakt te investeren in een zelfbedieningsportaal voor justitiabelen (ZBJ). Met deze voorziening kunnen bijvoorbeeld winkelbestellingen, (gecontroleerde) internettoegang, rekening-courant, strafdossier op cel en bezoekplanning door justitiabelen zelf worden geregeld – met inachtneming van de veiligheidsprocedures.
Met het project ZBJ wordt invulling gegeven aan het voornemen om de zelfredzaamheid van gedetineerden te bevorderen en een veilige en succesvolle terugkeer in de samenleving te vereenvoudigen. Daarnaast biedt ZBJ nieuwe mogelijkheden voor de inzet van het personeel van DJI omdat de administratieve lasten worden verlaagd.
Er ontstaat meer tijd voor de twee hoofdtaken: beveiliging en bejegening van de justitiabelen. De penitentiaire inrichtingen in Lelystad en Dordrecht en de Jeugdinrichting in De Hunnerberg zijn aangewezen als pilot inrichtingen. In deze inrichtingen wordt het werken met een tablet door de gedetineerden als eerst uitgetest.
- Op 7 september 2018 heeft minister Dekker (Rechtsbescherming) antwoorden gegeven op vragen van het Kamerlid Van Nispen (SP) over een artikel “tablets in cel nachtmerrie voor cipiers” in het Algemeen Dagblad van 21 april 2018.
- De Jonge, G. (2006).
- De Europese gevangenisregels zijn vernieuwd.
- De rechtskracht ervan blijft echter gering.
Sancties: Tijdschrift over Straffen en Maatregelen, 6, 340-354. Brief van de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, Tweede kamer vergaderjaar, 2015-2016, 24 586, nr.654
Hoe laat komen gevangenen vrij?
Voorwaardelijke invrijheidstelling – Gedetineerden met een celstraf kunnen onder voorwaarden eerder vrijkomen. Ze kunnen maximaal 2 jaar eerder vrijkomen dan de straf die ze hebben gekregen. De zogenoemde periode van voorwaardelijke invrijheidstelling bedraagt dus maximaal 2 jaar.
het gedrag van de gedetineerde tijdens detentie; de risico’s van vrijlating; de belangen van de slachtoffers, nabestaanden en andere relevante personen.
Voorwaardelijke invrijheidstelling bij straffen opgelegd voor 1 juli 2021 Voor gedetineerden met straffen die zijn opgelegd voor 1 juli 2021 gelden andere regels voor voorwaardelijke invrijheidsstelling (vi), Die gelden voor:
straffen die zijn opgelegd vóór 1 juli 2021; straffen waarvan een deel voor 1 juli 2021 is opgelegd, en een ander deel na die datum.
Wat is de ergste straf?
Tijdelijke of levenslange gevangenisstraf – Een gevangenisstraf kan tijdelijk zijn (maximaal 30 jaar). Of levenslang. De levenslange gevangenisstraf is de zwaarste straf die Nederland kent. Een rechter kan voor de zwaarste misdrijven een levenslange gevangenisstraf opleggen.
Wat is de ergste straf ter wereld?
Langste gevangenisstraf – De langste gevangenisstraffen die voor zover tot op heden zijn opgelegd zijn die aan de Amerikanen Darron Bennalford Anderson (10.750 jaar in 1997) en Dudley Wayne Kyzer (10.000 jaar + 2 maal levenslang in 1981). In 1972 eiste de Spaanse justitie 384.912 jaar gevangenisstraf voor postbode Gabriel March Grandos voor het niet bezorgen van 42.768 poststukken (wat vertaald werd als 42.768 maal fraude).
Kun je een gevangenisstraf afkopen?
Nee. Het is een betaling van een geldbedrag ‘ter voorkoming van strafvervolging’. De betaling van het geldbedrag door een bedrijf ziet het OM wel degelijk als een vorm van straf. Alleen wanneer een zaak geseponeerd wordt, is er geen sprake van straf.
Hoe vaak mogen gevangenen douchen?
Algemeen Persoonlijke verzorging wordt in de Beginselenwetten ook wel omschreven als materiële verzorging. Materiële verzorging heeft betrekking op alle ingesloten: justitiabelen, tbs-gestelden, jeugdigen en vreemdelingen. Wanneer er verschil in regelgeving is ten aanzien van een bepaalde sector, zal die hieronder apart worden benoemd.
In artikel 44 van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw), artikel 49 van de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen (Bjj) en artikel 42 Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) over persoonlijke verzorging zijn drie zorgplichten voor de directeur vastgelegd: 1. de zorgplicht voor verstrekking van voeding, noodzakelijke kleding en schoeisel of geldmiddelen daartoe; 2.
de zorgplicht om de voeding zoveel mogelijk aan te laten sluiten bij de godsdienst of levensovertuiging van de justitiabele; 3. de zorgplicht voor het naar behoren kunnen verzorgen van het uiterlijk en de lichamelijke hygiëne. De artikelen komen overeen qua opbouw.
- Het tweede lid van de betreffende artikelen geeft de ingeslotene het recht op het dragen van eigen kleding en schoeisel, tenzij deze een gevaar kunnen opleveren voor de orde of veiligheid van de inrichting.
- Het vijfde lid beschrijft dat in de huisregels regels worden gesteld omtrent de aankoop door justitiabelen van gebruiksartikelen die niet door de directeur beschikbaar worden gesteld.
Hieronder zullen de zorgplichten die uit de artikelen voortvloeien apart besproken worden en tot slot de aankoop van gebruiksartikelen. Voor bespreking van de onder nr.2 genoemde zorgplicht wordt verwezen naar het dossier ‘geestelijke verzorging ‘. Het is van belang om te weten dat wanneer de zorgplicht niet wordt nageleefd, hiertegen geen beklag kan worden ingediend door verpleegden, nu de beklagmogelijkheden in de Bvt beperkter zijn dan in de Pbw en Bjj.
De volwassen en jeugdige justitiabele en de vreemdeling kunnen wel beklag indienen over de wijze waarop de zorgplicht in een individueel geval wordt toegepast. Artikel 59a Pbw geeft daarnaast de mogelijkheid om een verzoek tot formele bemiddeling te doen. Voeding De algemene zorgplicht van de directeur houdt onder andere in dat de directeur er zorg voor draagt dat aan de ingeslotene voeding wordt verstrekt.
Kwaliteit en hoeveelheid voeding In de Nederlandse wet- en regelgeving zijn geen regels te vinden over de kwaliteit en hoeveelheid van het eten. Hier kan de commissie van toezicht een belangrijke rol spelen, door bijvoorbeeld een keer mee te eten in de inrichting om zo te peilen hoe de kwaliteit van het eten is.
Ook het aantal klachten over het eten kan een indicatie zijn voor de kwaliteit ervan. In de Europese gevangenisregels van de Raad van Europa is wel een bepaling over voeding opgenomen, namelijk regel 22. Deze regel schrijft voor dat de ingeslotenen drie maal per dag met redelijke intervallen een maaltijd ontvangen, dat het voedsel hygiënisch moet zijn bereid en opgediend en dat het voedsel voedzaam is.
Hierbij moet rekening gehouden worden met de leeftijd, de gezondheid, de lichamelijke toestand, het geloof, de cultuur en de aard van het werk van de justitiabele in de inrichting. Daarbij moeten in de nationale wetgeving de voorwaarden voor een voedzame maaltijd van een minimale kwaliteit worden voorgeschreven, inclusief de minimale voedingswaarde ervan en de hoeveelheid eiwitten die in de maaltijd zit.
Ook dienen ingeslotenen op ieder moment van de dag toegang te hebben tot schoon drinkwater. Dieetvoeding Overeenkomstig regel 22.6 van de Europese Gevangenisregels is het voor de medische dienst mogelijk om bepaalde ingeslotenen op medische gronden dieetvoeding voor te schrijven. De overige ingeslotenen kunnen echter geen aanspraak maken op deze, vaak duurdere, dieetvoeding.
Kleding en schoeisel Verder houdt de algemene zorgplicht van de directeur onder andere in dat aan de ingeslotene de noodzakelijke kleding en schoeisel worden verstrekt. Wanneer een ingeslotene zelf niet over voldoende kleding beschikt (die aan de in redelijkheid daaraan te stellen eisen voldoet), dan wordt deze kleding van rijkswege verstrekt.
- In het tweede lid van eerder genoemde artikelen is het recht op het dragen van eigen kleding en schoeisel vastgelegd, tenzij die een gevaar kunnen opleveren voor de orde of veiligheid van de inrichting.
- Vroeger waren de gevangenen verplicht uniforme inrichtingskleding te dragen.
- Het dragen van de inrichtingskleding hoorde bij de straf en de gevangenen waren duidelijk herkenbaar met het oog op de veiligheid.
Uniforme inrichtingskleding werd door de justitiabelen als stigmatiserend ervaren en gezien als inbreuk op hun eigen identiteit. Tegenwoordig heeft de ingeslotene dan ook het recht om zijn eigen kleding en schoeisel te dragen, tenzij die een gevaar opleveren voor de orde of de veiligheid in de inrichting.
De Memorie van toelichting vermeldt dat daarbij bijvoorbeeld valt te denken aan schoeisel dat, wanneer daarmee wordt geschopt, ernstige verwondingen kan veroorzaken. Artikel 4.4 van de Regeling Model huisregels penitentiaire inrichtingen en artikel 6.2 van de Regeling model huisregels justitiële jeugdinrichtingen bepalen dat het recht op het dragen van eigen kleding vervalt wanneer deze kleding niet voldoet aan de in redelijkheid te stellen eisen.
Daarnaast geldt het recht op het dragen van eigen kleding niet binnen het Justitieel Centrum voor Somatische Zorg. Arbeid, sport en wassen Tijdens de arbeid of sport kan een ingeslotene verplicht worden aangepaste kleding of schoeisel te dragen. De eigen kleding wordt in de inrichting gewassen.
Het wassen van de kleding vindt plaats op eigen risico en voor eigen kosten van de justitiabele. De directeur mag een algemene periodieke geldelijke heffing op de rekening-courant van de justitiabele in mindering brengen, omdat de omvang en frequentie van de was per justitiabele zeer kunnen verschillen.
Verder kunnen er in de huisregels regels worden gesteld omtrent het gebruik en onderhoud van de kleding (bijvoorbeeld het wassen) en schoeisel (dit laatste is overigens niet opgenomen in de Bvt). In sommige inrichtingen kunnen de justitiabelen tegen betaling zelf hun was doen door middel van de wasmachines op de afdeling.
In de Regeling model huisregels justitiële jeugdinrichtingen zijn de jeugdinrichtingen vrij gelaten om in de huisregels te bepalen welke regels er gelden voor het gebruik van onderhoud en schoeisel en hoeveel de jeugdige op zijn eigen kamer mag bewaren. Bij de verpleegden wordt er in de huisregels slechts iets aangegeven over de mogelijke verplichting tijdens het verrichten van werkzaamheden of sport aangepaste kleding of schoeisel te dragen.
Uiterlijke en lichamelijke hygiëne In het vierde lid van de artikelen genoemd onder ‘algemeen’, is de zorgplicht voor de directeur neergelegd om de ingeslotene onder andere in staat te stellen zijn uiterlijke en lichamelijke hygiëne naar behoren te verzorgen.
- Deze zorgplicht houdt bijvoorbeeld onder meer in dat de directeur gratis waspoeder aan ingeslotenen ter beschikking moet stellen.
- De Memorie van toelichting geeft aan dat de woorden ‘naar behoren’ erop duiden dat er redelijke grenzen zijn voor wat betreft de invulling van de zorgplicht.
- Het is niet de bedoeling dat ingeslotenen dagelijks in de gelegenheid worden gesteld om uren aan de verzorging van het uiterlijk of de lichamelijke hygiëne te besteden.
In artikel 4.4 van de Regeling Model huisregels penitentiaire inrichtingen is bepaald dat een justitiabele minimaal twee keer per week mag douchen. Daarnaast wordt bepaald dat door de inrichting – indien gewenst – in elk geval worden verstrekt: shampoo, zeep, tandpasta, tandenborstel, kam, toiletpapier, scheergerei voor de mannelijke justitiabelen en maandverband voor de vrouwelijke justitiabelen.
- Verder kan de justitiabele een aanvraag indienen om de aan de inrichting verbonden kapper te bezoeken.
- Dit wordt éénmaal per 6 weken van rijkswege bekostigd.
- In artikel 6.3 van de Regeling model huisregels justitiële jeugdinrichtingen staat dat de huisregels bepalen wanneer de jeugdige mag douchen en hoe vaak hij naar de kapper mag gaan en welke regels gelden voor de kosten van de kapper.
In het Model huisregels justitiële Tbs-inrichtingen zijn geen nadere regels gesteld over het uiterlijk en de lichamelijke hygiëne. Aankoop gebruiksartikelen In lid 5 van de artikelen genoemd onder ‘algemeen’ is bepaald dat in de huisregels regels worden gesteld omtrent de aankoop door de ingeslotenen gebruiksartikelen die niet door de directeur ter beschikking worden gesteld.
Volwassen justitiabelen en vreemdelingen Op grond artikel 3.7 van de Regeling Model huisregels penitentiaire inrichtingen hebben justitiabelen, binnen door de directeur te stellen grenzen, recht op aankoop van artikelen die niet in het assortiment van de inrichting te verkrijgen zijn. Hierbij kan worden gedacht aan extra broodbeleg, roomboter en telefoonkaarten, waarbij het maximale aankoopbedrag € 100,- per week is.
Het exacte bedrag is afhankelijk van de hoogte van het arbeidsloon of de loon vervangende financiële tegemoetkoming per week. Daarnaast is uiteraard de voorwaarde dat er voldoende saldo op de rekening-courant staat. In sommige inrichtingen kunnen de justitiabelen zelf een bezoek brengen aan de winkel en in andere inrichtingen kunnen de justitiabelen wekelijks bestelformulieren invullen en worden de boodschappen in de cel bezorgd.
Artikelen die niet in de inrichtingswinkel te verkrijgen zijn, kunnen met toestemming van de directeur via de ‘buitenwinkel’ worden besteld. De inrichtingenwinkels van penitentiaire inrichtingen (PI’s) zijn per 1 juli 2017 zijn opgeheven. Gedetineerden kunnen nu hun boodschappen bestellen bij een aantal landelijke winkels.
Deze winkels dragen zorg voor de verkoop van etenswaren en voor het vervoer ervan naar de PI’s. De winkelregeling verloopt niet altijd soepel en leidt met enige regelmaat tot frustratie bij zowel gedetineerden als het inrichtingspersoneel. Uit vaste jurisprudentie van de RSJ volgt dat, ondanks het afschaffen van de inrichtingswinkels, de zorgplicht nog op de directeur rust.
- Over het niet goed uitvoeren van leveringen vanuit de landelijke winkel kan daarom geklaagd worden bij de beklagcommissie.
- Hoewel de landelijke winkel ook een eigen klachtenprocedure heeft, ontslaat dit de directeur niet van diens zorgplicht.
- Die klachtenprocedure is namelijk niet met waarborgen omkleed.
Jeugdigen In artikel 5.5 van de Regeling model huisregels justitiële jeugdinrichtingen is bepaald dat jeugdigen eenmaal per week in de winkel van de inrichting of via een winkelbestellijst van hun eigen geld dingen kunnen kopen, zoals snoepgoed, frisdrank, lectuur, postzegels, sigaretten of toiletartikelen.
Uiteraard kunnen alleen dingen gekocht worden die in de inrichting zijn toegestaan en waar ook toestemming voor is gegeven. Verpleegden In het Model huisregels justitiële Tbs-inrichtingen zijn geen bepalingen opgenomen omtrent de aankopen in de inrichtingswinkel en het maximaal te besteden bedrag. Om erachter te komen welke regels gelden, zal dus per inrichting in de lokale huisregels gekeken moeten worden.
Recreatief In maart 2019 hebben justitiabelen in Almelo hun eigen kledinglijn uitgebracht met handboeienlogo. De opbrengst van de kledingstukken van het merk ‘JailFashion’ gingen naar KWF Kankerbestrijding. Tien justitiabelen werkten dagelijks aan het maken van shirts, die online gekocht konden worden.
- Op die manier konden de justitiabelen ook worden gecertificeerd als textieldrukker.
- Het eerste lid van artikel 44 Pbw, artikel 49 Bjj en artikel 42 Bvt.
- Hoofdstuk 6.5.1, p.243, 244 van ‘Nederlands detentierecht’, Prof. mr.C.
- Elk en prof. dr.M.
- Boone, Deventer 2015. Zie bijv.
- RSJ 26 mei 2017, 17/0561/GA,
Het tweede lid van artikel 44 Pbw, artikel 49 Bjj en artikel 42 Bvt. Hoofdstuk 6.5.3, p.245, 246 van ‘Nederlands detentierecht’, Prof. mr.C. Kelk en prof. dr.M. Boone, Deventer 2015. Het tweede lid van artikel 44 Pbw, artikel 49 Bjj en artikel 42 Bvt. Artikel 4.4.
- Van de Regeling Model huisregels penitentiaire inrichtingen. Zie bijv.
- RSJ 29 januari 2018, RSJ 17/1912/GA,
- Artikel 6.2 van de Regeling model huisregels justitiële jeugdinrichtingen.
- Artikel 8.4 van het Model huisregels justitiële Tbs-inrichtingen.
- Het vierde lid van artikel 44 Pbw, artikel 49 Bjj en artikel 42 Bvt.
BC 23 april 2001, 01/505/GA, Sa 2001, nr.37. Kamerstukken 24263 nr.3 (Memorie van Toelichting). Zie bijv. RSJ 22 december 2014, 14/3099/GA, Het vijfde lid van artikel 44 Pbw, artikel 49 Bjj en artikel 42 Bvt. Hoofdstuk 6.5.2, p.244, 245 van ‘Nederlands detentierecht’, Prof.
Waar heeft een gevangene recht op?
Als u in de gevangenis zit, heeft u een aantal rechten. Bijvoorbeeld recht op bezoek, medische zorg en verlof. Daarnaast heeft elke gevangenis ook eigen huisregels die uw rechten en plichten aangeven.
Hoeveel procent van de gevangenen is allochtoon?
Van alle gedetineerden in ons land heeft 36 procent een Nederlandse achtergrond, stelt het CBS.44 procent heeft een niet-Westerse achtergrond, de overige 18 procent bestaat uit Westerse allochtonen. Van de laatste 2 procent is de nationaliteit niet bekend.
Wat kan een gevangene kopen?
Aankomst in de inrichting 1. De inschrijving De gedetineerde wordt bij zijn aankomst ingeschreven in de gevangenis en moet alle voorwerpen afgeven die hij bij zich draagt en die niet toegelaten zijn in de gevangenis. Hij krijgt een bewijs van ontvangst.
- Hij kan iemand van buiten de gevangenis vragen om deze voorwerpen te komen ophalen.2.
- Familie inlichten Elke gedetineerde kan bij zijn opsluiting één keer drie minuten kosteloos nationaal of internationaal bellen om zijn familie of kennissen in te lichten.3.
- Informatie De gedetineerde krijgt informatie over zijn rechten en plichten, over de regels die in de gevangenis gelden, over de medische, juridische, psychologische, sociale en familiale hulpverlening.
Hij komt ook te weten hoe hij een beroep kan doen op een aalmoezenier of moreel consulent. In de Belgische gevangenissen zitten heel wat buitenlandse gedetineerden die geen Nederlands of Frans begrijpen. De gevangenisdirectie tracht in dat geval beroep te doen op andere personen die wel de landstaal van de gedetineerde spreken, zoals iemand van het personeel, een aalmoezenier, een bezoeker of iemand van de ambassade.
Gesprek met de directeur Een gedetineerde die in de gevangenis aankomt, heeft binnen de 24 uur een gesprek met de gevangenisdirecteur. Die licht de gedetineerde in over zijn persoonlijk dossier en overloopt met hem in grote lijnen de regels die in de gevangenis gelden. Daarnaast bezorgt de directeur de gedetineerde brochures en folders die hem algemene informatie over de gevangenis geven.
Gesprek met een lid van de psychosociale dienst De gedetineerde heeft binnen de 4 dagen na aankomst een gesprek met een medewerker van de psychosociale dienst. Die persoon geeft uitleg over hoe men een beroep kan doen op sociale, psychosociale, juridische en familiale bijstand.
- Maaltijden Een gedetineerde krijgt drie maaltijden per dag, die samengesteld zijn volgens de normen van een evenwichtige voeding.
- Gedetineerden kunnen om gezondheidsredenen een speciaal dieet volgen op medisch voorschrift.
- Binnen de grenzen van het redelijke houdt de gevangenis ook rekening met aspecten van de geloofsovertuiging die betrekking hebben op de voeding.
Kantine De gevangenis heeft een lijst met producten die gedetineerden kunnen kopen met het geld dat zij op hun rekening hebben staan. Zo is er een kantine waar gedetineerden onder andere sigaretten, toiletartikelen, voeding, sportkledij,. kunnen kopen.
Sommige voorwerpen kunnen ook worden gehuurd, zoals een televisietoestel, een pc enzovoort. Geld Kledij De gedetineerde krijgt in de gevangenis kledij ter beschikking. Godsdienst en levensovertuiging Iedere gedetineerde kan zijn (erkende) godsdienst beleven of zijn levensovertuiging individueel of in groep volgen.
Hij kan ook brieven schrijven aan en ontvangen van de vertegenwoordiger van zijn eredienst. Opleiding Elke gedetineerde kan in de gevangenis een opleiding volgen. Het precieze opleidingsaanbod verschilt van gevangenis tot gevangenis. Enkele voorbeelden van opleidingen in de gevangenis van Gent zijn:
algemene vormingsociale vaardigheidstraining taalcursussen computerlessen.
De opleidingen helpen de gedetineerde bij de terugkeer naar de samenleving en laten toe dat hij zijn detentietijd op een zinvolle manier doorbrengt. Werken De gedetineerde kan tijdens zijn detentie werken in de gevangenis en kiezen uit verschillende soorten van gevangenisarbeid:
huishoudelijk werkonderhoudswerk werk voor externe bedrijven, zoals dozen plooien, etiketten kleven, snoep verpakken, enz.
Dankzij gevangenisarbeid ontwikkelt de gedetineerde professionele en sociale vaardigheden en kan hij zijn detentietijd op een zinvolle manier doorbrengen. Gevangenisarbeid speelt dan ook een belangrijke rol in de voorbereiding op de terugkeer naar de samenleving.
- Met de vergoeding kan hij de schadevergoeding aan zijn slachtoffers betalen, zijn gezin financieel ondersteunen of een spaarpotje aanleggen.
- Ook kan hij hiermee zaken aankopen uit de gevangeniskantine.
- Meer weten over gevangenisarbeid? Zie de aparte pagina op deze website,
- Ontspanning Naast werken en een opleiding volgen, kan de gedetineerde zich ook op verschillende manieren ontspannen in de gevangenis.
Hij kan dagelijks minstens een uur in de buitenlucht verblijven op de wandelkoer van de gevangenis en kan ook minstens twee uur per week aan sport doen. De gedetineerde kan ook boeken uitlenen in de gevangenisbibliotheek of op eigen kosten kranten en tijdschriften bestellen om op cel te lezen.
Daarnaast kan hij ook deelnemen aan sociale en culturele activiteiten die vzw’s in de gevangenissen organiseren. Het aanbod varieert van gevangenis tot gevangenis. Enkele voorbeelden: schildercursus, toneelworkshop, muziekles, enz. Gezondheidszorg De gedetineerde geniet dezelfde gezondheidszorg als in de vrije samenleving.
De zorg is aangepast aan zijn specifieke noden en aan de gevangenisomgeving. In de gevangenis werken verpleegkundigen, dokters, psychiaters, psychologen, tandartsen en kinesitherapeuten. Medische zorgen Een team van verpleegkundigen is in de gevangenis aanwezig om medische zorgen toe te dienen.
De gedetineerde kan ook dagelijks op bepaalde uren een bezoek brengen aan de gevangenisarts of op eigen kosten een beroep doen op een arts die hij zelf kiest. Ernstig zieke gedetineerden worden overgebracht naar het Genees- en Heelkundig Centrum van de gevangenis van Sint-Gillis, naar het Medisch Centrum van het penitentiair complex van Brugge of naar de polikliniek van de gevangenis van Lantin waar zij gespecialiseerde zorgen krijgen.
Indien nodig kunnen zij ook worden overgebracht naar een ziekenhuis buiten de gevangenis. Bejaarden, zwangere gedetineerden en gedetineerden met een handicap krijgen aangepaste zorgen. Psychologische en psychiatrische begeleiding Een team van psychologen en maatschappelijk assistenten begeleidt de gedetineerden op psychosociaal vlak.
- Zij verzorgen het psychosociaal onthaal van elke gedetineerde die de gevangenis binnenkomt.
- Dit team bereidt de gedetineerde voor op zijn psychosociale re-integratie en evalueert hun reclasseringsvoorstellen.
- Gedetineerden met psychische problemen krijgen in de gevangenis aangepaste begeleiding.
- Het team bestaat uit een psychiater, psycholoog, maatschappelijk assistent, ergotherapeut, psychiatrisch verpleger, bewegingstherapeut en opvoeder.
Op basis van een individueel behandelingsplan willen zij via gesprekken en activiteiten de psychische, sociale en fysieke activiteiten van de gedetineerden verbeteren en zo hun plaatsing in een psychiatrische instelling of hun re-integratie in de maatschappij vergemakkelijken.